
De meningen zijn ernstig verdeeld over cafeïnevrije koffiebonen. Er wordt wat lacherig over gedaan. ‘Waarom zou je koffie drinken als je het effect niet krijgt?’ is een veelgehoord argument. ‘Het zit allemaal tussen de oren’ is er nog zo een. Maar wat als je nou echt last hebt van cafeïne? En toch de smaak van koffie lekker vindt? Voor hen is decafé een uitkomst.
Beetje cafeïne
In Europa mag een boon die 0,1% cafeïne bevat cafeïnevrij genoemd worden. Dan is het stimulerende stofje nagenoeg verdwenen. Dat wordt overigens al bij de groene boon eruit gehaald, nog voor het branden dus. Dat gebeurt meestal met de water-koolstofmethode of met de di-chloormethaanmethode die de smaak en het aroma van de koffieboon niet aantasten. Het verschil proef je dus vrijwel niet.
Oplosmiddelen
Met de waterkoolstofmethode worden de groene bonen langdurig gespoeld met water waarin de cafeïne oplost. Bij de di-chloormethaanmethode worden de bonen na een waterbad, waardoor ze poreus worden, meerdere malen ondergedompeld in di-chloormethaan, een oplosmiddel. De bonen worden uiteraard wel weer gewassen daarna voor ze klaar zijn voor het branden.
Grotere producenten
Je kunt je afvragen hoe gezond het gebruik van zulke oplosmiddelen is, maar je moet toch wat als bijvoorbeeld slapeloze koffieliefhebber. Koffiejuffrouw is bij de koffiebranders met wie we werken nog geen cafeïnevrije-bonen tegengekomen. Zij nemen hun bonen vooral af van kleinschalige plantages, waarvan de oogst toch al niet zo groot is. Een deel gebruiken voor het cafeïnevrij maken, is dan niet erg voor de hand liggend. Vooralsnog komen decafé bonen dus voornamelijk bij de grotere producenten vandaan.
In het filmpje wordt het proces van cafeïnevrij maken ook nog eens –grappig- toegelicht.